Hoofdstuk 20
DEMOGRAFISCHE EN ECONOMISCHE VERANDERINGEN IN HET ANCIEN REGIME (ca. 1600 – ca. 1800)
BEVOLKINGSGROEI
Na de uitbraak van de pest in 1347 duurde het meer dan twee eeuwen voor de bevolking van Europa weer even groot was. De bevolking groeide zeer langzaam aan omdat Europa verscheurd werd door oorlog, de voedselproductie door slechte weersomstandigheden geregeld mislukte en epidemieën zich makkelijk konden verspreiden door de slechte hygiëne en de beperkte wetenschappelijke kennis.
Tussen 1600 en 1800 verandert de situatie echter grondig: de Europese bevolking verdubbelt dan namelijk.
Een grote verandering in de bevolkingssamenstelling (zgn. demografische transitie) noemen we een demografische revolutie.
De enorme bevolkingsgroei in de 17de en 18de eeuw is het resultaat van een dalend sterftecijfer terwijl het geboortecijfer stabiel blijft. De groei blijft constant tot uiteindelijk ook het geboortecijfer begint te dalen.
Deze demografische revolutie wordt mogelijk door
- meer en beter voedsel: meer variatie (en meer vitamines) zorgen voor een betere gezondheid;
- betere hygiëne en een efficientere bestrijding van epidemies;
- minder kindersterfte en minder overlijdens bij of kort na de bevalling;
- minder oorlog en minder slachtoffers van plundering door soldaten.
MEER MONDEN TE VOEDEN
De bevolkingsgroei zorgt voor een sterke vraag naar voedsel. Nieuwe landbouwtechnieken en –gewassen zorgen vanaf de 16de eeuw in de Zuidelijke Nederlanden, Noord-Frankrijk en Engeland voor een stijgende opbrengst.
De agrarische revolutie verspreidt zich langzaam door Europa door:
Variatie landbouwgewassen
Een afwisseling van winter- en zomergranen maken meerdere oogsten per jaar mogelijk. Tussendoor zaaien ze de akkers in met groenbemesters (zoals klaver). Die verrijken de grond en dienen als extra veevoeder.
Nieuwe gewassen
Door graan te vervangen door aardappelen en maïs stijgt de opbrengst per hectare landbouwgrond.
Selectie van de zaden
Door het plantgoed op voorhand te keuren en varieteiten te kweken die meer vruchten dragen of beter tegen ziektes bestand zijn, stijgt de opbrengst.
Verbetering landbouwwerktuigen
De boeren beschikken over betere ploegen die dieper in de grond gaan. Zo wordt de vruchtbare grond beter omgewoeld en belucht.
Omheining van de velden of het aanleggen van beken
Door het vee op afgesloten weiden te zetten, kon men meer vee kwijt op minder grond. Er waren geen mensen meer nodig om het vee te bewaken en de gewassen op de akkers waren veilig (ze werden niet meer per ongeluk kaalgevreten).
Bemesting
Door gericht te bemesten, brengt de akkergrond meer op.
Infrastructuur
Men legt steenwegen aan. Daardoor wordt het transport makkelijker waardoor het voedsel voor meer mensen beschikbaar wordt.
MEER VRAAG NAAR NIJVERHEIDSPRODUCTEN
De bevolkingsgroei zorgt voor een sterke vraag naar nijverheidsproducten. Groeiende wetenschappelijke kennis en de drang naar winst van de kapitaal-krachtige handelaars-ondernemers zetten een ingrijpende verandering in gang binnen de traditionele textielsector en de ijzernijverheid.
De agrarische revolutie binnen de Europese landbouw en de uitbreiding van de kolonisatie in Amerika en Azië leveren voldoende grondstoffen op, maar de toenemende vraag naar brandstof zorgt voor een energiecrisis. De traditionele energiebronnen
- spierkracht (mens en dier)
- wind- en waterkracht (molens)
- vuur (hout, steenkoolen turf)
kunnen rond 1700 de vraag niet langer aan.
Ontbossing zorgt ervoor dat traditionele energiebronnen zeldzamer en duurder worden, de vraag stijgt naar een alternatieve brandstof met een groter vermogen.
De steenkool die tot dan toe werd gebruikt, zorgde voor de uitstoot van heel wat kwalijke stoffen. Zo stookten de bierbrouwerijen bijvoorbeeld enkel met hout omdat de zwavelhoudende steenkooldampen het bier een slechte bijsmaak gaven. In de loop van de 17de eeuw ontdekt men een procedé om steenkool van onzuiverheden te ontdoen: men gaat de steenkool ‘verkolen’ zoals houtskool (thermolyse) zodat we cokes verkrijgen. Cokes zijn een veel zuiverder brandstof dan steenkool.
Een brouwerij in Derbyshire gebruikt rond 1642 voor het eerst cokes voor het roosteren van mout. Dat kan nu zonder dat de smaak van het bier nog wordt aangetast. Maar er zijn nog meer voordelen: de verbranding van cokes levert hogere temperaturen op en dat zorgt voor een beter eindproduct in de hoogovens waar ijzererts wordt omgesmolten tot ruw ijzer.
Technische verbeteringen in de ijzernijverheid
De groeiende vraag naar brandstof en het succes van cokes verplichten de mijnwerkers steeds dieper te graven. Grondwater in de mijngangen vormt het grootste probleem.
Animatie die de werking van een Newcomen atmosferische stoommachine laat zien. Animatie door Emoscopes – Wikipedia
De stoommachine van Newcomen zorgt hier voor een oplossing. Het is een mechanische pomp die werkt op stoomkracht (1712). Deze stoommachine is een mijlpaal in de economische geschiedenis omdat werktuigen voor het eerst kunnen werken op elk tijdstip, op elke plaats en onafhankelijk van het klimaat.
Hoe werkt de stoommachine van Newcomen?
- Door een kraan open te zetten laat men stoom (=druk) in de cilinder;
- de zuiger gaat omhoog;
- men sluit men de kraan en opent de waterkraan ernaast;
- er komt een beetje water in de cilinder. Daardoor condenseert de stoom in de cilinder. Dit zorgt voor een onderdruk;
- door de onderdruk in de cilinder, de atmosferische druk boven de zuiger en het gewicht van de hefboom gaat de zuiger naar omlaag;
- alles begint opnieuw.
Dit alles was erg veel werk: de machine van Newcomen moest dan ook bediend worden door twee man: een volwassen stoker en een jonge kranenbedienaar. (Bron: wikipedia.org).
De eerste stoommachine heeft echter een zeer laag rendement. Amper 1% van de energie wordt omgezet in nuttige actie. Maar omdat men ziet hoeveel mogelijkheden dit soort machines heeft, probeert men de machine te verbeteren.
Rond 1763 slaagt de Schotse ingenieur James Watt er in het rendement naar 19% te laten stijgen. Daardoor wordt hij beschouwd als de uitvinder van de moderne stoommachine en als de man die de industriële revolutie mogelijk maakte. Er volgen een eindeloze reeks toepassingen (trein, machines in fabrieken, …).
Technische vernieuwingen in de textielnijverheid
De groeiende bevolking en de groeiende economie zorgen voor een toenemende vraag naar kledij en verpakkingsmateriaal, goederen die traditioneel door de textielnijverheid worden geleverd.
Textiel is echter zeer arbeidsintensief en vraagt verschillende bewerkingen vooraleer je van een vezel stof kan maken. De uitvinding van de stoommachine zorgt ook voor heel wat verbeteringen binnen de textielnijverheid. Dé grote doorbraak komt er wanneer na de uitvinding van de eerste mechanische spinmachine (de Spinning Jenny in 1764 en de Mule Jenny in 1779) ook een mechanisch weefgetouw (de Power Loom in 1779) wordt uitgevonden. Zo wordt het hele productieproces gemechaniseerd.
Het aanbod aan vezels in Europa (wol, vlas, brandnetel) is te beperkt voor de groeiende vraag. De invoer van katoen uit de kolonies brengt redding.
Een bijkomend voordeel is dat katoen
- goedkoper is (eenvoudig om grote hoeveelheden te kweken);
- aangenamer om te dragen is (luchtig, zacht, geen jeuk);
- makkelijker te onderhouden is;
- eenvoudiger te bedrukken is (belang voor mode).
NAAR EEN INDUSTRIËLE NIJVERHEID
De gevolgen van de technische vernieuwingen binnen de traditionele nijverheid zijn gigantisch. Voortaan wordt er op grote schaal geproduceerd in fabrieken. De traditionele huisnijverheid kan op termijn niet concurreren meer met de fabrieksnijverheid. De koopman-ondernemer wordt een industrieel-ondernemer, de landarbeider wordt een industriearbeider. Er is economische groei.
Door de reikwijdte van deze veranderingen en de gevolgen op sociaal-economisch vlak spreken we van een industriële revolutie.
- Er is een spectaculaire groei van de productie door het gebruik van machines in plaats van handenarbeid.
- Er komen sterke prijsdalingen door goedkopere brandstoffen, minder gespecialiseerde arbeid en goedkopere arbeiders.
In het Verenigd Koninkrijk zijn rond ca. 1750 alle factoren aanwezig voor een dergelijke ommekeer:
Voldoende grondstoffen
Ijzererts, steenkool, katoen.
Voldoende arbeidskrachten
Door de grote demografische groei.
Voldoende kapitaal
Bovendien is er de wil om dat kapitaal ook te investeren.
Voldoende kennis
Technische verbeteringen en nieuwe uitvindingen.
Grote afzetmarkt
Door de demografische groei en het grote koloniale rijk zijn er meer afnemers (klanten) dan ooit.
Economische vrijheid
Er is weinig overheidsinmenging in de economie.
Politieke stabiliteit
Er is geen oorlogsdreiging en politiek is het in het Verenigd Koninkrijk minder onrustig dan op het continent.
In de andere Europese staten breekt de industriële revolutie pas uit na de eeuwwisseling uit (België) of vanaf het midden van de 19de eeuw (Frankrijk, Duitsland, …). De economische veranderingen verspreiden zich door heel Europa al gebeurt dat niet altijd zonder slag of stoot. De vernieuwingen worden vaak tegengehouden door ambachten, gilden en vorsten die bang zijn hun positie en invloed te verliezen. De voortdurende conflichten zorgen hier en daar voor een onzeker investeringsklimaat waardoor de veranderingen er soms veel langzamer gebeuren.
MEER WETEN?
Coal, Steam, and The Industrial Revolution: Crash Course World History #32 © John Green / Crash Course
De industriële revolutie
Amper 300 jaar geleden verdienden de meeste mensen hun brood met landbouw. Maar toen kwam de industriële revolutie die een gigantische invloed had op het leven van elke mens. Onze hele manier van leven veranderde op bijna elk gebied. En zo is de industriële revolutie de revolutie die nog altijd de grootste invloed heeft. Bekijk dit Crash Course-filmpje op youtube waarin John Green klaar en duidelijk uitlegt wat die industriële revolutie nu eigenlijk is.
Henk bouwt een stoommachine © De Schuur van Scheire / één
Spelen met stoom …
Hierboven zagen we al dat James Watt de stoommachine dan wel verbeterde maar niet uitgevonden heeft. De eerste stoommachine werd namelijk zo’n 1700 jaar eerder uitgewerkt door de Griek Héron van Alexandrië. Hij noemt ze de ‘Aeolipile’. Het was een eenvoudige machine die op zich niet echt praktisch nut had.
Tijdens het één-programma ‘De Schuur van Scheire’ bouwt Henk Rijckaert verder op de Aeolipile. Op zijn eigen creatieve en grappige manier probeert hij de stoommachine van Héron te verbeteren. Kijk je mee?