Hoofdstuk 2

HET OSMAANSE RIJK

EEN NIEUWE GROOTMACHT ONTSTAAT

De Turken die het Osmaanse Rijk stichtten, zijn Oghuz-Turken. Zij woonden oorspronkelijk in Centraal Azië: ten noorden van de Kaspische Zee en in Mongolië.

Omdat er spanningen zijn in het gebied komen ze rond de 10de eeuw naar het Westen. Ze vestigen zich in Anatolië en stichten daar van het Seltsjoekse Rijk (11de & 12de eeuw). Dat gaat ten onder door onderlinge ruzies, de strijd met de kruisvaarders en de aanvallen van het Mongoolse leger van Dzjengis Khan.

Het Seltsjoekse Rijk valt uiteen in verschillende kleine vorstendommen. Een ervan wordt genoemd naar zijn stichter, de Sultan Osman I (1258 – 1326), en wordt later een wereldrijk: het Osmaanse of Turkse Rijk.

De Osmanen veroveren in 1453 het christelijke Byzantium en zorgen zo voor het definitieve einde van het Oost-Romeinse Rijk.

Het Osmaanse Rijk van 1300 tot 1923 (bron: Wikipedia)
De verovering van Noord-Afrika en de controle over de Rode Zee vanaf het midden van de 16de eeuw, maakt de opmars van het rijk onstuitbaar tot eind 17de eeuw wanneer de Osmanen verslagen worden in Oost-Europa.
Op het hoogtepunt van hun macht regeren de Osmanen over Oost-Europa (Balkan), het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

QUIZ

Weet jij intussen alles over het Osmaanse Rijk?

Waaraan gingen de Seltsjoeken, de voorgangers van het Osmaanse Rijk, ten onder?

Het Osmaanse Rijk lijkt onstuitbaar. Wanneer en waar wordt de opmars van de Turkse legers voor het eerst echt gestopt?

MEER WETEN?

De verspreiding van het Turks

De oorspronkelijke Turken leefden in Centraal-Azië (Siberië). Het waren nomaden. De eerste Turken die naar Europa trokken (rond de 5de eeuw), staan bekend als de Hunnen.

De Hunnen zijn berucht voor de grote verwoestingen die ze aanrichten tijdens hun veroveringstochten. De bijnaam van hun leider Attila was “de Gesel Gods”. Er bestaat trouwens nog steeds het gezegde “Waar Attila is langsgekomen groeit geen gras meer.”

De Turken die het Osmaanse Rijk stichtten, zijn Oghuz-Turken. Zij kwamen rond de 10de eeuw naar het Westen nadat er opnieuw spanningen waren in Centraal-Azië. Ze lagen aan de basis van het Seltsjoekse Rijk (11de & 12de eeuw).

Dat ging uiteindelijk ten onder aan onderling geruzie, de strijd met de kruisvaarders en de aanvallen van het Mongoolse leger van Dzjengis Khan. Het viel daarna uiteen in verschillende kleine vorstendommen. Eén ervan groeide vanaf de 14de eeuw uit tot het Osmaanse Rijk.

De oorsprong van een volk is niet altijd uit geschreven of materiële bronnen af te leiden. Gesproken bronnen vormen soms de sleutel tot het vraagstuk, taalkunde helpt je dan de oplossing voor het probleem te vinden. Als je op de kaart bekijkt welke talen verwant zijn aan het Turks, dan kan je als het ware een reis in de tijd maken …

Turkic Peoples and Languages of Middle East and Vicinity – © Dr. Michael Izady en © Gulf/2000 Project

EEN RIJK IN BLOEI (1400 – 1600) EN VERVAL (1600 – 1800)

Het Osmaanse Rijk evolueert tot de sterkste grootmacht in de regio door een sterk centraal gezag: de sultan bezit alle macht en heeft politiek, economie en cultuur onder controle. Hij is een absolute vorst: alle macht zit bij de sultan die alleen kan beslissen. Volgens de sultan is hij door God aangesteld om zijn onderdanen te besturen en moet hij ook enkel aan God verantwoording afleggen.
Fragment schilderij “Selim III houdt audiëntie” (1789) van Konstantin Kapıdağlı.
Klik hier om het hele schilderij te zien.
Fragment uit Turkse serie “Magnificent Century”
Het Osmaanse Rijk kreeg zijn grootste uitbreiding onder de heerschappij van sultan Süleyman I (1520-1566). Süleyman was op dat moment een van de machtigste vorsten van Europa. Hij stond bekend als rechtvaardig en zorgde voor een goed uitgebouwd rechtssysteem. In het Turks wordt hij dan ook vaak Kanuni Süleyman ofwel De Wetgever genoemd. Hij leidde persoonlijk het leger en veroverde heel wat christelijke gebieden. In 1529 probeerde hij Wenen te veroveren maar dat mislukte. Een tweede beleg anderhalve eeuw later (1683) is het begin van de instorting van het Turkse Rijk.
HOE SLAAGT DE SULTAN ER IN ALLE MACHT NAAR ZICH TOE TE TREKKEN?
Sociaal Politiek
De sultan wordt in zijn macht gesteund door ambtenaren en het leger. Keizerlijke bevelen worden via de handelsroutes in de Middellandse Zee snel ter plaatse gebracht en nieuws uit de provincies komt eerst in het paleis terecht zodat er meteen kan ingegrepen worden als dat nodig is. Ambtenaren en soldaten zijn rechtstreeks van de sultan afhankelijk: financieel en met hun eigen leven.
Sociaal Economisch
Het Osmaanse Rijk zich op het toenmalige knooppunt van de wereldhandel. De sultan bepaalt de wetten en de hoogte van de belastingen en heeft zo een grote invloed op de economie.
Sociaal Cultureel
De sultan moet de religieuze regels (sharia) volgen, maar anders-gelovigen (Joden, christenen, … ) vallen hier niet onder. Ze vormen millet of religieuze gemeenschappen met een zekere autonomie binnen het Osmaanse Rijk. Ze worden wel als tweederangsburgers beschouwd en zijn daardoor rechtstreeks afhankelijk van de sultan.

De sultan stimuleert de kunst en de wetenschappen.

Gedwongen rekrutering van niet-moslim kinderen voor de persoonlijke lijfwacht van de Sultan
WAAROM VERZWAKT DE MACHT VAN DE SULTAN VANAF DE 17DE EEUW?
Sociaal Politiek
Tijdns zijn snelle groei maakt het Osmaanse Rijk veel vijanden.

Christelijke legers winnen de controle over het westelijk deel van de Middellandse Zee en verzetten zich in het noorden. De sjitische Safawieden bedreigen voortdurend de oostelijke grenzen.

De sultan verliest bovendien zijn greep op de ambtenaren: er is minder controle en ze leggen steeds vaker zijn gezag naast zich neer. Er heerst daardoor meer en meer corruptie waardoor ook het aanzien van de sultan bij de brede bevolking verzwakt.

Sociaal Economisch
De sultan verliest inkomsten door de verschuiving van de wereldhandel (nieuwe handelsroutes via de Atlantische Oceaan). Doordat er veel goud uit Amerika wordt ingevoerd, daalt de waarde ervan.
Sociaal Cultureel
Europa kent intussen een grotere wetenschappelijke vooruitgang, domineert de wereldzeeën en legt de basis voor de industriële ontwikkeling.

QUIZ

Weet jij intussen alles over de bloei en het verval van het Osmaanse Rijk?

Welke van volgende beweringen is niet correct?

MEER WETEN?

Venice and the Ottoman Empire: Crash Course World History #19 © John Green / Crash Course

Venetië en het Osmaanse Rijk

Wil je meer te weten komen over de relatie tussen Europa en het Osmaanse Rijk? Bekijk dan dit grappige filmpje van Crash Course op YouTube(in het Engels). Op enkele minuten leer je op een leuke manier heel wat bij over de contacten die er waren tussen Venetië en de Osmanen (en waarom de Venetianen heiligen verstopten onder een lading varkensvlees).

Paul Rycaut, The Present State of the Ottoman Empire 3rd Ed. (London: J. Starkey and H. Brome, 1670) Bron: https://www.ias.edu/ideas/2017/hathaway-chief-eunuch

Eunuchen

Een eunuch is een man die gecastreerd is om politieke redenen. De Osmaanse sultans hadden heel wat eunuchen. Ze werden vaak als bewaker van de harem van de sultan ingeschakeld of werkten als slaaf of als ambtenaar. Ze waren gegeerd omdat ze geen kinderen konden verwekken bij de vrouw(en) van de sultan of hun meester. De sultans dachten ook dat ze beter te vertrouwen waren omdat ze geen kinderen hadden aan wie ze mogelijke rijkdom of titels zouden kunnen doorgeven.

Omdat de sharia, de islamitische wet, verbiedt van slaven te verminken, gebeurde dat vaak buiten het Osmaanse Rijk. Er waren zowel Afrikaanse als Europese eunuchen maar het waren enkel de Afrikaanse zwarte eunuchen die de harem mochten bewaken.

Eunuchen konden erg belangrijke functies bekleden. Zo was de Kizlar Agha, het hoofd van de eunuchen die de harem van de sultan bewaakten, in de 17de en 18de eeuw na de sultan de derde belangrijkste en machtigste persoon in het Osmaanse Rijk.

Wil je meer weten over de Arabische slavenhandel, lees dan zeker ook Hoofdstuk 7 over ‘Afrika in de greep van de slavenhandel’

EEN DUBBELZINNIGE RELATIE MET EUROPA

Het Osmaanse Rijk neemt toe in omvang en beheerst al snel een groot stuk van het Middellandse Zee-gebied. Vanaf de 15de eeuw kwamen handelaars voortdurend in aanraking met de Turken en na de val van Constantinopel zijn de Italiaanse stadstaten Venetië en Genua de eersten om officiële relaties op te zetten. Ze sluiten (handels)akkoorden met de Sultan en richten ambassades op. Ze wisselen ook kunstenaars en wetenschappers uit.
Tughra of officiële handtekening van Suleyman 1
Daarna sluiten ook Frankrijk, Engeland en de Verenigde Nederlanden zo’n akkoorden met het Osmaanse Rijk. Die akkoorden werden “capitulaties” genoemd. Ze regelden de rechten van de Europese handelaars in het Osmaanse Rijk en die van de Turkse handelaars in Frankrijk / Engeland / Verenigde Nederlanden. Zo kregen de kooplieden er vrije doortocht, mochten ze niet zomaar gearresteerd worden, moesten ze niet alle lokale belastingen betalen en mochten ze hun eigen geloof belijden.
Migratie van de Spaanse joden

Schuilplaats voor Spaanse joden

Al sinds de Romeinse tijd woonden er heel wat joden in Spanje. Ze worden Sefardische joden genoemd. In 1492 besluit het katholieke koningspaar Ferdinand II en Isabella  alle joden het land uit te jagen (met het Verdrijvingsedict). Willen ze toch blijven, dan moeten ze katholiek worden. De meeste joden vertrokken naar Portugal (al werden ze daar in 1497 op dezelfde manier weggejaagd), Noord-Afrika en het Osmaanse Rijk. Men denkt dat er toen zo’n 200.000 Sefardische joden uit Spanje en Portugal wegvluchtten.

De Osmanen zien de joden graag komen. Ze staan bekend als goede vakmannen en ze zorgen voor inkomsten omdat ze veel belasting moeten betalen. Christenen en joden konden namelijk het recht afkopen om in het Osmaanse Rijk te leven en toch hun geloof te  behouden. Deze belasting heet djizja en was een van de belangrijkste inkomensbronnen van het Osmaanse Rijk. De joden en christenen bleven echter wel tweederangsburgers die niet dezelfde vrijheid hadden als de moslimburgers.

Het Rijk van Keizer Karel V bij zijn dood in 1558

Keizer Karel V vs “Keizer” Süleyman I

Keizer Karel V (1500 – 1558) streed tijdens zijn heel regeerperiode tegen het Osmaanse Rijk. Hij heeft daar twee belangrijke redenen voor: de veroveringsdrang van de Sultans én zijn geloof.

VEROVERINGSDRANG
Na de val van Constantinopel in 1453 blijven de Osmanen gebieden veroveren. Sultan Süleyman I verovert een groot deel van Noord-Afrika en valt van daaruit het leger van Keizer Karel V aan. Vanaf 1526 bezetten de Turken zelfs een groot stuk van Hongarije. Zo komen ze tot vlakbij West-Europa en worden ze een rechtstreekse bedreiging voor het Habsburgse Rijk van Keizer Karel V. Bovendien zoeken de vijanden van de keizer een bondgenoot in de Osmanen.

Zo sluit Frans I, de koning van Frankrijk, een verbond met Sultan Suleyman I. Frankrijk was ingesloten door het Habsburgse Rijk van Keizer Karel V en voerde er bijna voortdurend oorlog mee. De Turkse hulp was dus meer dan welkom. In 1568, Keizer Karel V is dan al overleden, vraagt ook Willem van Oranje (Nederland) geld en soldaten aan het Osmaanse Rijk om hem bij te staan in zijn oorlog tegen Spanje.

Uiteindelijk sluit Keizer Karel V een wapenstilstand met de Osmanen. Daarbij wordt Karel V niet als keizer maar als koning van Spanje genoemd. Door de Turkse verovering van Constantinopel (1453) zag de Sultan zich als de enige echte opvolger van het Romeinse Rijk en vond hij dat de keizerstitel niemand anders toekwam.

GELOOF
Keizer Karel V is volgens de traditie ook koning van Jeruzalem. Hij beschouwt de bevrijding van de Heilige Plaatsen dan ook als een van zijn belangrijkste taken als gelovig christen. Het Osmaanse leger is echter zo sterk dat Karel er nooit toe komt om zelfs maar een echte poging te wagen om Jeruzalem te veroveren.

Geloof wordt ook gebruikt om het iedereen die samenwerkt met de Osmanen samenwerking moeilijk te maken. Of het nu gaat over de Venetiaanse handelaars of over de Franse koning, telkens worden ze verweten verraders te zijn doordat ze de vijanden van het christelijk geloof helpen.

QUIZ

Louise de Savoie, moeder van Frans I, neemt symbolisch het roer over in 1525.
“Toen de Franse koning Frans I in 1525 in handen viel van de Habsburgse keizer Karel V, ondernam zijn moeder verschillende pogingen om de contacten met de Turkse sultan te verbeteren. Dankzij de tussenkomst van de Franse diplomaten ondertekende Suleyman in 1528 een verdrag, waarin de voorrechten van de Fransen om handel te drijven in Egypte en Syrië over het hele Osmaanse Rijk werden uitgebreid. De Turken kregen dezelfde rechten in Frankrijk. Fransen vielen onder de jurisdictie van hun eigen ambassadeur in Istanbul: Franse schepen of matrozen mochten niet gedwongen worden in dienst te treden van de sultan en gevangenen moesten op verzoek van de ambassadeur worden vrijgelaten. Tevens werd bepaald dat enkel aan Franse schepen vrije doortocht werd gegarandeerd en werden vreemde schippers hierdoor in de praktijk verplicht onder Franse vlag te varen. Tenslotte werd de Fransen uitdrukkelijk beloofd en toegestaan dat handelaars of andere onderdanen van de koning nooit konden gevangen genomen worden of berecht door de caddies, niet tot Turk gemaakt, tenzij ze dat zelf willen, én was het hen toegelaten om hun eigen godsdienst te belijden. (. .)

(Uit: “Sultans, slaven en renegaten : de verborgen geschiedenis van het Ottomaanse rijk”,Acco, Leuven, pg.66-67 door Joos Vermeulen (2001). )

Weet jij intussen alles over de dubbelzinnige houding van Europa tegenover de Osmanen?

Waarom mochten de Turken in de 16de eeuw wel handel drijven in Frankrijk maar niet in Spanje?

MEER WETEN?

Het Millet-systeem

Door de verovering van de Balkan komen er in het Osmaanse Rijk steeds vaker niet-moslims voor. De Turken laten hun nieuwe onderdanen hun godsdienst en cultuur behouden. Ze verdelen ze in millets. Een millet verzamelde een groep van mensen die hetzelfde geloof aanhangen. Elke millet had een religieuze leider die aan de Sultan verantwoording moet afleggen. De millets kregen de vrijheid om hun eigen taal te gebruiken, hun eigen (religieuze) rechtspraak toe te passen, zelf belasting te innen, …

Men verdeelde de Millets op basis van de volkeren van het boek: joden, christenen en moslims aanbidden eigenlijk dezelfde God en zijn allemaal kinderen van Abraham. Er waren er vier: de heersende islamitische millet en de orthodoxe, christelijke en joodse millets. Dit systeem zorgde ervoor dat er weinig religieuze spanningen voorkwamen in het Osmaanse Rijk.

Het is wel zo dat je moslim moest zijn en Osmaans Turks moest kennen om een belangrijke functie te kunnen krijgen. De niet-moslim millets werden dus in de praktijk als tweederangsburgers bekeken. Bovendien moesten zij een hoge belasting betalen (djizja) die de moslims niet moesten betalen.

Geuzenpenning (1566 – 1573)

Liever Turks dan Paaps

Vanaf 1568 voeren de Noordelijke Nederlanden onder leiding van Willem van Oranje oorlog tegen Spanje. Het is een onafhankelijkheidsstrijd en ook een geloofskwestie. In het Spaanse Rijk wordt op dat moment iedereen die niet katholiek is, streng vervolgd. De ketters worden soms zelfs levend verbrand.

De vooral protestantse volgelingen van Willem van Oranje (ze noemen zichzelf Geuzen) zijn dan ook fel anti-katholiek. Er duiken spreuken op als “Liver turcx dan paus” (Liever Turks dan Paaps) en “Al is den Turck gheen Christen genaemt, Hy en heeft niemant om tgeloove gebrant” (Al zijn de Turken geen christenen, ze hebben in elk geval niemand verbrand omwille van zijn geloof). Ze verwijzen daarmee naar de godsdienstvrijheid die er binnen het Osmaanse Rijk bestaat: christenen en joden kunnen er hun eigen geloof belijden als ze maar een belasting (djizja) betalen.

Men toonde dat soms openlijk door een geuzenpenning in de vorm van een halve maan (het symbool van de Turken) op de kleren te naaien.