Hoofdstuk 11
REFORMATIE(S) IN DE LATIJNSE CHRISTENHEID (ca. 1450 – ca. 1540)
EEN VOEDINGSBODEM VOOR RELIGIEUZE HERVORMINGEN
Rond 1500 zijn de meeste mensen in West-Europa rooms-katholiek. Ze nemen actief deel aan het kerkelijke leven: ze worden gedoopt, trouwen voor de kerk, biechten hun zonden bij een priester, worden kerkelijk begraven, gaan op bedevaart, … En voedselschaarste, epidemieën en oorlog zien ze traditioneel als een straf van God. De kerk heeft dan ook veel invloed en macht.
Maar ondanks de massale deelname van de bevolking aan het kerkelijke leven, is het erg slecht gesteld met de kerk. Er heersen namelijk heel wat wantoestanden. Mensen hebben daarom steeds meer kritiek op hun geestelijke leiders die niet in staat zijn hen door deze moeilijke tijden heen te loodsen. De humanisten klagen de wantoestanden zelfs openlijk aan.
Zo spreekt Erasmus in zijn geschriften voluit over de nood aan hervormingen.

Over de lagere clerus:
(uit het boek “Lof der Zotheid“, 1508)
“Ten eerste beschouwen ze het als een toppunt van vroomheid om zó weinig contact met literatuur te hebben gehad dat ze niet eens kunnen lezen.
Ten tweede denken ze dat ze de oren van de heiligen strelen met zoet genoegen door hun psalmen, waarvan ze de volgorde wel kennen maar de inhoud niet snappen, balkend als ezels door de kerk te laten galmen (…)”
“Dan heb je er ook nog die luid te koop lopen met hun groezeligheid en armoe en voor je deur met luid geloei een stuk brood opeisen. Het is zelfs onmogelijk om een hotel of een koets of een schip te vinden waar ze je niet voor de voeten lopen; andere bedelaars lijden daar behoorlijk onder.”
Wat loopt er fout met de lagere clerus volgens Erasmus?
- Ze begrijpen de tekst niet, kunnen niet lezen.
- Ze zingen vals en weten niet wat ze zingen.
- Ze bedelen en eisen geld bedoeld voor anderen.
Welke wantoestanden bij de hogere clerus klaagt Erasmus aan?
-
Ze streven alleen naar macht, rijdom, genot en prestige.
Over de hogere clerus:
(uit het boek “Lof der Zotheid“, 1508)
“Pausen, kardinalen en bisschoppen beconcurreren de praktijken van vorsten allang en overtreffen ze al bijna.”
“En als de pausen, die de plaatsbekleder van Christus zijn, eens probeerden zijn levenswijze te imiteren, dus zijn armoede, werken, wijsheid, kruisdraging en levensverachting, zou er dan één ongelukkiger wezen op aarde zijn? …
Al die schatten, dat eerbetoon, die macht en zegepralen, zo’n hoop ambten, belastingen, aflaten, al die paarden, muilezels, dienaars, alle genot! U merkt wat een handel, wat een opbrengst, wat een oceaan van voordeel ik in een paar woorden heb gevat.
In plaats van dat alles zou hij (de paus) moeten waken, vasten, wenen, bidden, preken, studeren, zuchten en duizend andere akelige inspanningen verrichten.”
De kunstenaar Lucas Cranach maakt dan weer een reeks kritische houtgravures over de wantoestanden in de katholieke kerk voor het boek “De passie van Christus en de Antichrist” (1521).
Jezus wast de voeten van zijn leerlingen. Houtsnede van Lucas Cranach in het boek Passional Christi vnnd Antichristi (1521) – Taylor Institution Library
Wie wordt in de linkse tekening afgebeeld? Wat gebeurt er?
Jezus wast de voeten van de apostelen (zijn leerlingen).
Wie wordt in de rechtse tekening afgebeeld? Wat gebeurt er?
Koningen knielen voor de paus en andere geestelijken. Een koning kust zelfs de voet van de paus.
Wat wil Cranach zeggen met deze spotprenten? Welke boodschap wil hij overbrengen?
De paus (de vertegenwoordiger van God op aarde) stelt zich boven de koning, Jezus doet het omgekeerde en dient zelfs gewone mensen.
Men noemt Erasmus soms wel het brein en Lucas Cranach de motor van de reformatie.
De teksten van Erasmus verwoorden de kritiek op de kerk op een scherpe manier. De meeste mensen kunnen echter niet lezen. De prenten van Cranach verspreiden de boodschap wel op een begrijpelijke manier zodat de kritiek op de kerk toch bij een hele grote groep mensen terecht komt.
AFLATEN
De wantoestanden die door Erasmus beschreven en door Cranach geschetst worden, bestaan al enkele eeuwen. De aflaten, die in de 14de eeuw voor het eerst uitgegeven worden, zijn voor veel mensen de druppel die de emmer doet overlopen.
Wat is een aflaat?
Men gelooft dat je voor elke zonde vergiffenis moet vragen (door te biechten bv) en een straf moet ondergaan. Als je sterft voor je de straf volledig hebt uitgevoerd, dan ga je niet meteen naar de Hemel maar moet je je straf eerst uitzitten in het Vagevuur.
Door tijdens je leven goede werken te doen, kan je aflaten verdienen die je verblijf in het Vagevuur korter maken. Geef je aalmoezen, doe je nauwgezet mee aan de vasten of maak je een bedevaart, dan krijg je aflaten.
Op een bepaald moment begint de kerk echter aflaten te verkopen: door te betalen kan je dus aan het Vagevuur ontsnappen. Op deze manier troggelt men eenvoudige gelovigen veel geld af. Er komt dan ook steeds meer protest tegen deze “aflatenhandel”.
De humanist Erasmus stoort zich ook aan het gebruik van aflaten. Hij schrijft in ‘Lof der Zotheid’ (1508) het volgende over de mensen die aflaten kopen:
Erasmus over aflaten
“En wat moet ik dan zeggen van de mensen die zichzelf heerlijk voor de gek houden met fictieve aflaten voor hun zonden en de tijd in het vagevuur als het ware met een uurwerk afmeten, die eeuwen, jaren, maanden, dagen, uren met grote zekerheid en welhaast uit boekhoudkundige tabellen toemeten (…)
Zo’n koopman of soldaat of rechter bijvoorbeeld denkt dat hij door één muntje uit zijn enorme buit weg te geven het hele moeras van het leven in één klap heeft drooggelegd en is van mening dat (…) al zijn dronkenschappen, al zijn vechtpartijen, al zijn moorden, al zijn bedriegerijen, al zijn listen en al zijn lagen door een soort contract zijn afgekocht en wel op zo’n manier dat hij rustig opnieuw kan beginnen aan een nieuwe ronde misdaden.”
De praktijk van de aflaten wordt meermaals bekritiseerd. Verschillende spotprenten, die massaal verspreid kunnen worden dankzij de uitvinding van de boekdrukkunst, brengen de bevolking op de hoogte van deze praktijken en klagen het misbruik aan.
Bekijk de volgende spotprenten van Lucas Cranach en beantwoord de vragen.
Jezus verjaagt de handelaars uit de tempel. Houtsnede van Lucas Cranach in het boek Passional Christi vnnd Antichristi (1521) – Taylor Institution Library
Wie wordt in de linkse tekening afgebeeld? Kan je het verhaal kort schetsen?
Jezus verdrijft de geldwisselaars uit de tempel (het huis van God).
Wie wordt in de rechtse tekening afgebeeld? Wat gebeurt er?
De paus ondertekent aflaten en verkoopt ze.
Wat zou Lucas Cranach bedoeld hebben met deze spotprenten? Welke boodschap wil hij overbrengen?
De paus zet in het huis van God een geldhandel op en ontheiligt zo de tempel.
Vandaag bestaan aflaten nog steeds, maar in een andere vorm. Je kunt ze dus niet meer kopen.
Tijdens de Wereldjongerendagen in Madrid (2011) verklaart paus Benedictus “dat alle jongeren een volledige aflaat krijgen voor straffen die ze door een priester opgelegd werden voor hun zonden, op voorwaarde dat ze berouw tonen, gaan biechten en de slotmis bijwonen”.
MEER WETEN?
De reformaties
De reformaties komen er niet zomaar. Hier leer je meer over de wantoestanden, de corruptie, het machtsmisbruik, enz… binnen de katholieke kerk in de 16de eeuw. Je komt ook te weten hoe Maarten Luther daar tegenin gaat. In dit Crash Course-filmpje op youtube geeft John Green je een snel en grappig gebracht overzicht van de reformaties. Kijk mee en leer!
Aflaat (1517) – Bron: Nationaal Archief Nederland
Hoe ziet zo’n aflaat er uit?
In het begin worden de aflaten of de aflaatbrieven met de hand geschreven. Omdat er zoveel aflaten geschonken of verkocht worden, begint men ze te drukken.
Dit is een aflaat uit 1517. Wie hem gekocht heeft, krijgt vergiffenis voor maar liefst 7000 dagelijkse zonden en 66 doodzonden. Je bespaart er maar liefst 7 jaar boetedoening mee.
De beginletter N is versierd met een tekening van Maria met het kindje Jezus op schoot. Naast haar staat Bernardus van Clairvaux, de stichter van de Cisterciënzer orde.
MAARTEN LUTHER EN HET BEGIN VAN DE REFORMATIE
De Duitse monnik-priester Maarten Luther (1483 – 1546) raakt na zijn priesterwijding (1507) steeds meer teleurgesteld in de katholieke kerk en de paus.
Hij is onder meer radicaal tegen de verkoop van aflaten. Het feit dat mensen de straf voor hun zonden kunnen afkopen, vindt hij verkeerd.
Bovendien ziet hij dat heel wat priesters niet volgens de Bijbel leven. Ze maken gebruik van de diensten van prostituees, jagen bedevaarders op en verrijken zichzelf door hun gelovigen amuletten en relikwieën te verkopen. De paus leeft dan weer in grote luxe en maakt misbruik van zijn macht.
‘Disputatio pro declaratione virtutis indulgentiarum’ of ’95 Stellingen’ van Maarten Luther (1517), Berlin State Library
Maarten Luther klaagt in 1517 heel wat misbruiken aan in zijn tekst ‘Disputatio pro declaratione virtutis indulgentiarum’ die beter gekend is als zijn ’95 stellingen’.
Vooral de verkoop van aflaten moet het ontgelden. Er is voor de Duitse monnik maar één schat waarin een gelovige moet investeren en dat is het evangelie / het geloof.
Stelling 21 De aflaatpredikanten vergissen zich als zij zeggen: de mens wordt door de aflaat van de paus van alle straffen bevrijd.
Stelling 27 Een menselijke leer prediken zij die zeggen: zodra het geld in het kastje klinkt, vliegt de ziel uit het vagevuur.
Stelling 62 De ware schat van de Kerk is het allerheiligste evangelie van de heerlijkheid en de genade van God.
Stelling 66 De schatten der aflaten zijn de netten waarmee tegenwoordig het geld der mensen wordt gevist.
Luther hoopt dat de paus zal ingrijpen tegen de wantoestanden maar dat gebeurt niet. Integendeel, Maarten Luther wordt door de paus verbannen uit de katholieke kerk.
Daarop begint hij zijn nieuwe leer te verkondigen.
PRINCIPES VAN LUTHERS NIEUWE LEER
Sola Scriptura
In het Nederlands betekent ‘Sola Scriptura’ eigenlijk ‘Alleen door de Schrift’. Luther bedoelt dat de gelovigen de bijbel zelf moeten lezen.
In de katholieke kerk heeft de clerus dan het alleenrecht om de bijbel te lezen en te interpreteren. Luther gaat hier radicaal tegenin door het principe van het universele priesterschap te formuleren: iedereen behoort, vanaf het doopsel, tot de geestelijke stand en moet daarom ook de bijbel zélf lezen en zélf interpreteren.
Hij botst daarbij op twee problemen.
1) Om de bijbel te kunnen bestuderen, moet je kunnen lezen. Op dat moment zijn veel mensen daar niet toe in staat. Het is dus van groot belang dat zoveel mogelijk mensen onderwijs krijgen.
2) Om de bijbel te kunnen bestuderen, is het handig als je een bijbel hebt. Maar boeken zijn nog erg duur. De Lutheranen laten dan ook heel wat goedkope bijbels drukken zodat ze die breed kunnen verspreiden.
Sola Fide
Dit betekent ‘Alleen door het geloof’.
In de middeleeuwen moet je je goede relatie met God ‘onderhouden’. Dit doe je door boete te doen, goede werken te verrichten of te bidden. Je verdient met andere woorden actief je zielenheil.
Luther wijst dit af en beweert dat God de gelovigen genade ‘schenkt’. De gelovige kan met andere woorden niets anders doen dan te geloven. Men moet vertrouwen hebben in het Woord van God en de idee dat Christus door zijn kruisdood de mensheid heeft verlost.
Toepassing
”De weegschaal van het ware geloof”, schilderij van anonieme schilder (eerste helft 17e eeuw), Museum Catharijneconvent, Utrecht, foto Ruben de Heer
Wie staat er links op het schilderij?
De Rooms-Katholieke kerk
Hoe herken je ze?
Je ziet er de paus (met de 3-voudige kroon), bisschoppen en andere geestelijken. Heel wat van hen dragen luxueuze gewaden. Ze leggen gouden en zilveren kruisbeelden en kelken in de weegschaal.
Wie wordt er rechts afgebeeld?
Protestanten
Hoe herken je ze?
Ze zijn sober gekleed, lezen in de Bijbel. Er worden verschillende leiders afgebeeld: Luther, Calvijn, Melanchthon …
Welk principe uit Luthers leer wordt hier afgebeeld? Waarom?
Sola scriptura. De bijbel staat centraal, iedereen kan de bijbel interpreteren. Er is universeel priesterschap, het is niet aan de clerus voorbehouden om de Heilige Schrift te lezen. Er zijn meerdere leiders.
OPSTANDEN EN OORLOGEN
De bevolking ziet niet alleen machtsmisbruik bij de kerk maar ook bij de adel. Heel wat boeren komen daarop in opstand uit protest tegen hun armoedige situatie. Luther steunt de boeren echter niet. Hij is bang dat men hem verantwoordelijk zal stellen voor de opstand en kiest de kant van de adel. Hij schrijft zelfs een tekst ‘Wider die Mordischen und Reubischen Rotten der Bawren’ (Tegen de moordende en stelende boerenbendes) waarin hij de opstand van de boeren veroordeelt als het werk van de duivel. Hij roept de edelen op om de rebellen als dolle honden neer te slaan.
Meer en meer Duitse vorsten verdedigen daarna de ideëen van Luther en leggen ze op aan hun onderdanen. Ze zien de keuze voor Luther niet als een louter religieuze zaak, maar ook als een middel om zich af te zetten tegen de macht van de keizer en de macht van de paus.
Deze strijd om politieke en economische macht leidt tot meerdere godsdienstoorlogen.
In 1555 komt de religieuze en politieke strijd (voorlopig) tot een einde als de protestantse vorsten en keizer Karel de Godsdienstvrede van Augsburg afsluiten.
Ze komen overeen dat de vorsten vanaf dan zelf mogen kiezen welke religie ze aan hun onderdanen opleggen onder het motto ‘‘cuius regio, eius religio‘ ofwel ‘wiens rijk, diens religie’. Van de inwoners van het vorstendom wordt verwacht dat ze de godsdienst van hun vorst aannemen (staatsgodsdienst). Andersgelovigen worden vaak vervolgd of zijn aan heel strenge regels gebonden. Het Lutheranisme is vanaf dan niet meer weg te denken uit Duitsland.
EEN WAAIER AAN REFORMATIES
Omdat er geen centraal gezag is, niet één leider is die regels oplegt en afdwingt, verbrokkelt het protestantisme snel tot een zeer diverse beweging. Iedereen wordt aangemoedigd om zelf de bijbel te lezen, te interpreteren, te discussiëren, … en daardoor ontstaan er een heleboel protestantse stromingen die elk hun eigen invulling geven aan hun geloof.
Zo zijn er ondermeer:
- de Lutheranen
- de Calvinisten
- de Anglicanen
- de Hussieten
- de Unitaristen
- de Anabaptisten
enzovoort…
Doordat de reformatie versnippert in verschillende stromingen, spreken we van de reformaties. Doorheen de 16de eeuw verspreiden de verschillende protestantse strekkingen zich over Europa.
MEER WETEN?
Fragment uit de film Luther (2003)
Maarten Luther: de film
Hier zie je enkele fragmenten uit de film ‘Luther’ (2003). In de film ontdek je hoe Maarten Luther geconfronteerd wordt met heel wat wantoestanden binnen de kerk en hoe hij daar een einde aan wil maken. Kijk je mee?
Je ziet Luther tijdens zijn bezoek aan Rome, je ontdekt samen met hem hoe de priesters en de paus niet leven volgens de Bijbel en je beleeft hoe men de gelovigen aflaten wil doen kopen. Uiteindelijk nagelt Luther zijn ’95 stellingen’ aan de kerkdeur van de slotkerk van Wittenberg (al is dat laatste eigenlijk een legende).
Horebeke is al vijf eeuwen een protestantse enclave in katholiek Vlaanderen
Vlaanderen is overwegend katholiek en toch is er één dorpje, Horebeke in Oost-Vlaanderen, dat al 500 jaar protestants is. Eerst in het geheim, later openlijk.
Naar aanleiding van de viering van 500 jaar protestantisme in 2017 ging de Nederlandse krant Trouw op bezoek in het dorpje. De journalist schreef er dit artikel over (klik hier als je het wil lezen).